Javaanse Lams Stoofschotel 4 pers

Marinade (voor dat lam met attitude)

5 knoflookteentjes, fijngehakt alsof je boos bent

3 sjalotten, in de prak

2 el verse kurkuma (of 1 el poeder als je lui bent)

1 el gember, geraspt tot pulp

2 tl korianderpoeder

1 tl witte peper, voor die kick

3 el kecap manis – zoet, sticky goud

Sap van 1 limoen, fris en fel

Boemboe (de smaakbom)

8 sjalotten, hakken maar

5 knoflookteentjes

5 kemirinoten, niet overslaan

2 tl korianderzaad

1 tl komijnzaad

3 rode pepers (meer als je ballen hebt)

1 tl terasi, stinkt maar maakt het af

1 tl nootmuskaat, voor diepte

De stoof zelf:

1,5 kg lamschouder, in dikke hompen

3 citroengrasstengels, mep ze plat

4 cm galangal, in schijven

5 kaffir limoenblaadjes, scheuren mag

3 daun salam (of laurier als je niet fancy bent)

500 ml dikke kokosmelk, geen light onzin

3 el tamarindepasta, zuur en goed

3 el palmsuiker, voor die bruine vibe

2 kaneelstokjes

3 steranijs, trust me

3 aardappels, in kwarten

3 wortels, grof gehakt

1 kleine ananas, in blokken – ja, echt

Zout, doe wat goed voelt

Olie, scheutje hier, scheutje daar

Verse kemangi (of basilicum), voor de show




Bereiding.

Marinade knallen: Gooi alles voor de marinade in een bak, smeer dat lam ermee in alsof je het een massage geeft. Minimaal 4 uur laten staan, nachtje is nog beter. Laat die smaken erin trekken, man.

Boemboe fiksen: Hak en maal die kruidenpasta tot een gladde bende. Vijzel of blender, wat jij wil, als het maar geurt als Java.

Lam aanzetten: Olie in de stoofpan, heet maken, lam erin. Bak het bruin, korstje erop, smaak erin. Haal eruit, niet wegvreten nog.

Boemboe laten zweten: Scheut olie, boemboe erin, paar minuten bakken tot je huis ruikt als een warung. Olie scheidt? Perfect.

Stoof opbouwen: Lam terug, citroengras, galangal, limoenblad, salam, kaneel, steranijs – alles erin. Roeren tot het één grote chaos is.

Laten pruttelen: Kokosmelk en water tot het lam koppie onder staat. Aan de kook, dan vuur laag, deksel erop, 2 uur chillen. Roer af en toe, blijf niet staan staren.

Groenten en extra’s: Na 2 uur tamarinde, palmsuiker, aardappels, wortels en – bam – ananas erin. Nog 30-40 minuten zonder deksel, laat die saus indikken tot een dikke jongen.

Finish him: Proeven, zout erbij, klaar. Vis die kaneel en steranijs eruit als je netjes wil doen.

Opscheppen: Kemangi erover strooien, alsof je een chef bent. Serveren met jasmijnrijst en een dot sambal voor wie durft.

Waarom dit de bom is

Ananas? Ja, voor die zoete frisheid die je niet ziet aankomen. Kecap in de marinade maakt dat lam sticky en diep. Kaneel en steranijs geven een warme hug, en die kemangi is de kers op de taart. Javaans, maar dan next level.

Eet smakelijk, of zoals ik zeg: vreet je gek!

Print pagina

Pinda Soep 4 personen

Voor de bumbu (de smaakbom):  

4 sjalotten—pel ze als een pro, geen luie ui hier.  

3 teentjes knoflook—sla ze plat, laat ze zweten.  

2 rode chilipepers—breng de hitte, maar overdrijf niet, tenzij je een daredevil bent.  

1 tl komijn—geen stoffig poeder van twee jaar oud, vers graag.  

1 tl koriander—zelfde verhaal, vers is king.  

½ tl kurkuma—geeft die gouden glow.  

1 cm gember—vers, rasp die shit.  

1 cm laos (galanga)—vind je het niet? Skip het, maar je mist wel wat.  

1 stengel citroengras (alleen het witte deel)—sla het plat, laat het z’n werk doen.

Voor de soep:  

1 liter kippen- of groentebouillon—zelfgemaakt of uit een blokje, ik oordeel niet.  

1 kop pindakaas—puur, geen suikerzooi, we zijn geen kleuters.  

½ kop rauwe pinda’s—ga ze roosteren, trust me.  

2 wortels—in plakjes, niet te dun, niet te dik.  

2 aardappelen—in blokjes, geen rocket science.  

1 blik kokosmelk (400 ml)—optioneel, voor als je van creamy houdt.  

1 kop gekookte kip of tofu—als je zin hebt, anders niet.  

Zout en peper—naar smaak, jij bent de baas.  

Pindaolie (of whatever olie)—om te bakken,
geen olijfolie, dat’s voor Italianen.




Bereiding.

Hoe je het fikst (geen excuses)

Bumbu knallen:

Gooi al die bumbu-ingrediënten in een blender en hak ze fijn tot een gladde pasta. Dit is de ziel van je soep, dus geen half werk. Smooth, geen chunky troep.  

Pinda’s roosteren:

Pak een droge pan, middelhoog vuur, en rooster die rauwe pinda’s tot ze goudbruin zijn en je huis ruikt als een pinda-paradijs. Niet verbranden, anders ben je een noob. Laat afkoelen en hak ze fijn—blender, vijzel, wat je ook hebt.  

Bumbu bakken:

Scheutje pindaolie in een grote pan, middelhoog vuur. Bak die bumbu tot je buren komen klagen over de geur—ongeveer 5 minuten. Het moet lekker ruiken, niet verbrand.  

Groenten erin:

Wortels en aardappelen erbij, bak ze 5 minuten mee. Laat ze die bumbu opslurpen alsof ze op een spa-dag zijn.  

Bouillon erbij:

Giet die liter bouillon in de pan, breng aan de kook, zet het vuur lager en laat sudderen tot de groenten gaar zijn—15-20 minuten. Geen haast, good shit takes time.  

Pinda-power:

Roer de pindakaas en gemalen pinda’s erdoor. Voeg kokosmelk toe als je van romig houdt—ik doe het, want waarom niet? Laat nog 10 minuten pruttelen, zodat de smaken samensmelten.  

Extra’s (als je wil):

Gooi de kip of tofu erin, warm even mee—2-3 minuten, niet langer, anders wordt het rubber.  

Proeven en pimpen:

Proef die soep. Te flauw? Zout. Te dik? Scheutje water. Te dun? Laat inkoken. Jij bent de chef, niet ik.  

Serveren als een king:

Schep in kommen, gooi er gehakte pinda’s, koriander, gebakken sjalotjes en een drizzle chiliolie overheen als je ballen hebt. Serveer met rijst, ketupat of gewoon een dik stuk brood. Of drink het straight uit de kom—ik oordeel niet.

Dimitri’s Indo-tips (want ik weet wat ik doe)

Vegetarische vibes: Skip de kip, gooi er tofu of extra groenten in. Easy.  

Spice level: Bang voor pit? Minder chili’s. Wil je huilen? Meer chili’s. Your call.  

Fancy maken: Zelf gebakken sjalotjes? Dun snijden, frituren in olie tot ze goud zijn. Impress je vrienden.  

Leftovers: Dag 2 is deze soep nog dikker en beter. Als je geduld hebt.

Waarom dit de bom is

Deze pindasoep is geen slap aftreksel—het is de real deal, met respect voor de Indo-meesters maar met mijn eigen twist. Het is als een knuffel van je Indo-oma, maar dan met een kick. Romig, pittig, vol umami, en zo lekker dat je je lepel aflikt. Eet smakelijk, en vergeet niet om me later te bedanken!

Print pagina

Goulash 4/6 personen

1,5 kg runderstoofvlees (sukade of riblappen, want we gaan niet voor dat droge supermarktspul). Snijd het in blokjes van 2,5 cm, of doe maar wat, ik ben je moeder niet.  

2 grote uien, fijn gesnipperd (ja, je gaat janken, maar dat is goed voor je karma).  

4 teentjes knoflook, fijngehakt (tegen vampiers en mensen die te dichtbij staan in de tram).  

3 eetlepels Hongaarse zoete paprika (edelzoet, want we zijn fancy, ook al zien we eruit als een aardappel).  

1 theelepel Hongaarse hete paprika (optioneel, voor als je stoer wilt doen, maar eigenlijk niet tegen pittig kan).  

1 theelepel karwijzaad (kummel, geen komijn, anders sturen de Hongaren een boze brief).  

2 laurierblaadjes (om te laten zien dat je een serieuze kok bent, ook al ben je dat niet).  

Zout en versgemalen zwarte peper (want zonder smaakt het naar karton, en dat wil niemand).  

2 eetlepels reuzel (of olie als je een healthfreak bent, maar dit is goulash, geen yoga-retraite).  

1 liter water of runderbouillon (bouillon is voor winnaars, water voor mensen die te lui zijn om naar de winkel te gaan).  

Optioneel: 1 eetlepel tomatenpuree (als je denkt dat je Gordon Ramsay bent, maar laten we eerlijk zijn, dat ben je niet).




Bereiding.(pak een wijntje, dit wordt een avontuur)

Snijd dat vlees in blokjes van 2,5 cm. Geen liniaal? Gokken mag, maar als het mislukt, wijs je niet naar mij. Dep het droog met keukenpapier, want nat vlees bakt voor geen meter en spettert als een slechte actiefilm. Snipper de uien zo fijn dat je je afvraagt waarom je dit jezelf aandoet. Spoiler: voor de smaak, sukkel.

Uien fruiten

Smijt die reuzel (of olie, watje) in een grote stoofpan en zet het vuur middelhoog. Gooi de uien erin en bak ze 10-15 minuten tot ze goudbruin zijn. Roer af en toe, anders eindig je met een aangebrande bende en een schuldgevoel. Dit is het moment om te huilen – niet alleen om de uien, maar ook om je levenskeuzes.

Knoflook erbij

Flikker de knoflook in de pan en bak ‘m 1 minuut mee. Ruikt het goddelijk? Mooi, je doet iets goed. Ruikt het niet? Dan heb je waarschijnlijk je vingers erbij gehakt, succes ermee.

Vlees aanbraden

Zet het vuur hoog, dump het vlees erin en bak het bruin aan alle kanten. Reken op 5-7 minuten chaos. Je keuken wordt een slagveld van spetterende olie, maar dat is het teken dat je leeft. Als het niet spettert, ben je te voorzichtig – leef een beetje, man.

Tomatenpuree (optioneel)

Voel je je een culinair genie? Roer dan die tomatenpuree erdoor en bak ‘m kort mee. Geeft extra diepte, zeggen de pro’s. Sla je het over? Ook prima, ik vertel het niet verder.

Specerijen toevoegen

Zet het vuur laag, want als je paprika in een hete pan gooit, wordt het bitter en smaakt je goulash naar je laatste ruzie. Strooi de zoete paprika, hete paprika (als je ballen hebt), karwijzaad, zout en peper erover. Roer het door alsof je een kunstwerk maakt – dat doe je ook, soort van.

Vloeistof erin

Giet de bouillon (of water, luilak) in de pan tot het vlees net onder staat. Smijt de laurierblaadjes erbij, want die maken je gerecht Instagram-waardig. Of niet, maar het voelt professioneel.

Stoven

Breng het aan de kook, draai het vuur dan zo laag dat het nog net pruttelt. Deksel erop en laat het 2 tot 2,5 uur sudderen. Ja, dat is lang. Nee, je kunt het niet haasten. Ga Netflixen of bedenk hoe je je buren gaat afwijzen als ze komen bedelen om een hapje. Roer af en toe en voeg water toe als het te droog wordt – het moet stevig zijn, geen woestijn.

Proeven en fixen

Proef de goulash (pas op, heet!) en gooi er extra zout en peper bij als het nog wat pit nodig heeft. Haal de laurierblaadjes eruit, tenzij je van kauwen op karton houdt.

Rusttijd

Laat het 30 minuten staan voor je het opschept. Dit is wanneer de magie gebeurt, zoals bij wijn die je te lang laat liggen. Nog beter: maak het een dag eerder en warm het op. Dan is het zo goed dat je jezelf een medaille wilt geven – of een tweede glas wijn, want je bent een held.

Serveertip (om te flexen op je gasten, of gewoon op jezelf):

Smijt die goulash op een bord met knapperig brood, gekookte piepers of eiernoedels. Wil je extra punten? Klodder er een lepel zure room op en strooi wat peterselie voor de show. Zeg tegen iedereen dat je dit recept van een oude Hongaarse oma hebt, ook al komt het gewoon uit mijn verwarde brein. Ze trappen erin.

Tips van Hongaarse Meesterkoks (of wat ik heb opgepikt na te veel pálinka):

Paprika: Gebruik echte Hongaarse, anders wordt het niks en staat er ineens een boze oma voor je deur.

Reuzel: Het geheime wapen. Geeft smaak waar olie alleen maar van droomt. Bang voor je cholesterol? Neem olie en huil stilletjes in de hoek.  

Langzaam garen: Dit is geen sprint, maar een marathon. Laat het vlees zo mals worden dat het uit elkaar valt, anders kun je net zo goed afhaalpizza bestellen.  

Smaakbom: Maak het een dag eerder. De smaken worden dan zo intens dat je jezelf een high-five geeft – of een derde wijntje, want waarom niet?

Met deze goulash breng je Hongarije naar je keuken, plus een flinke dosis lol. Want als je niet kunt lachen om je eigen kookfratsen, wat doe je dan überhaupt met een pollepel in je hand? Eet smakelijk, held, en geef jezelf een schouderklopje. Je verdient het.

Print pagina

Bami Goreng 4 personen

MARINADE (want we doen niet basic)

200 gram kipfilet, in dunne reepjes gesneden   

150 gram garnalen, gepeld en klaar   

2 eetlepels sojasaus (licht, yo)   

1 eetlepel verse gember, geraspt (geen poeder, wees echt)   

2 teentjes knoflook, fijngehakt

VOOR DE BAMI GORENG

250 gram mie (eiernoedels, want dat is de bom)  

2 eetlepels plantaardige olie (Azië style, geen olijfolie!)  

1 ui, fijngesneden   

2 teentjes knoflook, fijngesneden   

1 rode peper, fijngehakt (voor de durfals!)   

1 wortel, in dunne reepjes (lekker fancy)   

100 gram witte kool, fijngesneden   

100 gram taugé (vers, anders skippen)   

2 bosuien, in ringetjes   

1 eetlepel oestersaus (umami knalt eruit!)   

2 eetlepels ketjap manis (zoet en sticky, YES!)   

1 eetlepel sojasaus (licht)   

1 theelepel sesamolie (nutty vibes!)   

Versgemalen zwarte peper (geen poeder, doe het goed)

GARNERING (want het oog wil ook wat)

Gebakken uitjes (crunch voor je leven)   

Verse koriander, grof gehakt (love it or hate it)  

Schijfjes limoen (frisheid on top!)



Bereiding.

STAP 1: MARINATE DIE SHIT

Gooi de kip en garnalen in een kom met sojasaus, gember en knoflook. MIX IT UP! Laat het 15 minuten staan, zodat die smaken erin knallen. BOEM!

STAP 2: NOEDELS KLAARMAKEN

Kook de mie zoals de verpakking zegt. SPOEL MET KOUD WATER! Waarom? Geen plakzooi in je wok. Laat uitlekken en zet apart. READY!

STAP 3: KIP EN GARNALEN BAKKEN

Wok op HOOG VUUR, 1 eetlepel olie erin. Kip erin, roerbak 2-3 minuten tot hij gaar is. Garnalen erbij, 1-2 minuten tot ze roze zijn. Haal eruit, keep it cool. MALS AS FUCK!

STAP 4: GROENTEN AAN DE BAK

Nog 1 eetlepel olie in de wok. Ui, knoflook en rode peper erin, 1 minuut bakken tot het ruikt als HEAVEN. Wortel en kool erbij, 2-3 minuten roerbakken. Taugé en bosui erin, nog 1 minuut. CRUNCHY MOET HET ZIJN!

STAP 5: ALLES SAMEN SMASHEN

Noedels in de wok bij de groenten. Oestersaus, ketjap manis, sojasaus en sesamolie eroverheen. ROER HET DOOR ELKAAR ALS EEN BAAS! 2-3 minuten bakken. Kip en garnalen terug, nog een keer mixen. Peper erop, BAM! 💥

STAP 6: OP JE BORD,

Schep die bami op borden of in kommen. Gebakken uitjes en koriander erover strooien. Extra fris? Knijp wat limoen erover. KLAAR OM TE VLIEGEN!

TIPS OM TE SHINEN

WOK OP MAX: Heet vuur = die echte smaak.   

VERS IS KING: Geen slappe groenten, hou het fris!  

SMAAK EXPLOSIE: Ketjap, oestersaus en soja maken het AF!  

DOE JE DING: Gooi er paksoi of tofu bij als je wilt, maar dit is al LIT!

Dit is bami goreng zoals je het NOOIT proefde. Kort, krachtig en vol energie, net zoals ik het doe! NU AAN DE SLAG EN GENIETEN!  

DEEL JE BAMI MET #DIMITRIVISTICKBAMI EN TAG ME!

Print pagina

Vietnamese loempia’s. 20 Stuks

20-25 vellen rijstpapier
310 g kipgehakt (of half krab, half varkensgehakt
20 g glasvermicelli
1 wortel, in dunne repen gesneden
1/4 kool, in dunne repen gesneden
2 lente-uitjes, fijngehakt
1 tl suiker

1/2 tl zout

1/2 tl witte peper

1 el oestersaus
3 teentjes knoflook fijngehakt
3 el plantaardige olie
extra olie voor frituren
1 ei losgeklopt
slablaadjes
muntblaadjes, fijngesneden




Bereiding.

Week de mie 5 minuten in heet water, totdat hij zacht is.
Giet de mie af, snijd deze in stukken van 5 cm en zet de mie dan apart.
Schenk vervolgens 3 eetlepels olie in een wok of koekenpan, voeg de knoflook
en het kippenvlees (of krab en varkensvlees) toe en bak dit rul in 8 minuten.
Voeg dan de kool, wortel, lente-ui en mie toe en bak de groenten zacht in
ongeveer 3 minuten op een hoog vuur.
Zet de pan daarna van het vuur en voeg het zout, de suiker, peper en oestersaus
toe, roer alles goed door. Bestrijk, als het mengsel is afgekoeld, de vellen rijst-
papier aan beide zijden met water, om te voorkomen dat ze uitdrogen en breken;
of dompel ze in warm water. Leg 1 eetlepel van het mengsel op elke papier, vouw
de zijkanten eerst, rol ze vervolgens op en plak ze dicht met het geslagen ei.
Zet de pakketjes in de koelkast tot gebruik.
Verwarm vervolgens de extra olie in de wok of koekenpan en frituur de
loempia’s totdat ze goudbruin zijn. Serveer de loempia’s op slabladeren,
gegarneerd met munt en geef er zoete chilisaus bij.

Print pagina

Moussaka. 4 Pers

2 dikke aubergines, in plakken van 1 cm gehakt  

Olijfolie, goeie shit, royaal  

Zout & zwarte peper, geen gezeur

Gehaktbom:  

500 g lamsgehakt, juicy as fuck  

500 g rundergehakt, voor die extra punch  

1 dikke ui, fijngehakt  

2 knoflookteentjes, geplet alsof je boos bent  

1 tl kaneel, want Grieken snappen specerijen  

½ tl nootmuskaat, subtiel maar krachtig  

¼ tl kruidnagel, trust me  

1 tl oregano, droog, straight uit de bergen  

1 tl verse munt, fijngesneden, frisheid alert  

400 g tomatenpuree, dik en rood  

200 ml rode wijn, Griekse als je ballen hebt  

Zout & peper, jij bepaalt

Aardappelvibe:  

2 flinke piepers, dun gesneden (2 mm, precisiewerk)

Bechamel met swagger:  

50 g boter, smelt dat spul  

50 g bloem, voor de dikte  

500 ml volle melk, geen light onzin  

100 g Griekse yoghurt, romig en scherp  

100 g Kefalotyri (of Pecorino), geraspt, umami-bom  

2 eieren, geklopt, voor die fluff  

Snuf nootmuskaat, classy touch  

Zout & witte peper, finesse



Bereiding.

Aubergine roasten, geen frituurzooi:  
Oven op 200°C, laat die jongen heet worden.  
Aubergineplakken op een bakplaat, olijfolie erover alsof je een Griekse god bent, zout en peper erop.  
20-25 minuten roosteren, flip ze halverwege. Goudbruin en zacht? Perfect. Laat ze chillen.
Gehakt laten schreeuwen:  
Olijfolie in een grote pan, ui en knoflook erin, fruiten tot ze glanzen.  
Lam en rund erbij, bakken tot het bruin en rul is, spatelbeuken!  
Kaneel, nootmuskaat, kruidnagel, oregano en munt erin – ruikt als een Griekse taverne.  
Tomatenpuree en wijn erin, laat het sudderen, 20-30 minuten, tot het dik is en je huisgenoten kwijlen. Zout en peper, doe je ding.
Piepers fixen:  
Water met zout aan de kook, aardappelplakken erin, 5 minuten, niet te lang, ze moeten stevig blijven. Afgieten, klaar.
Bechamel met een dikke flex:  
Boter smelten, bloem erin, roeren tot het een gladde jongen is. 1-2 minuten bakken, geen klonten.  
Melk er langzaam bij, blijven roeren, dikke saus incoming.  
Van het vuur af: yoghurt, kaas en eieren erdoor, plus nootmuskaat, zout en witte peper. Dit is geen basic bechamel, dit is kunst.
Bouw die Moussaka:  
Oven op 180°C, ovenschaal invetten met olijfolie.  
Aardappel laag onderin, bam. Dan aubergine, bam. Helft van het gehakt erover, bam.  
Nog een rondje: piepers, aubergine, rest van het gehakt.  
Bechamel erover, gladstrijken, alsof je een meesterwerk afmaakt.
Bakken en flexen:  
45-50 minuten in de oven, tot de top goudbruin is en bubbelt als een vulkaan.  
10-15 minuten laten staan, snijd het niet te vroeg, laat het settelen.
Serveren als een baas
 
Slinger dit op tafel met een Griekse salade – tomaat, komkommer, feta, olijven, je kent het – en wat brood om die saus op te vegen. Glas Agiorgitiko erbij? Je bent een legende.  
 
Dit is Moussaka zoals de Griekse grootheden het bedoelen: bold, rijk, en met een twist die je niet ziet aankomen. Kali orexi, en eet dit alsof je leven ervan afhangt!
 

Print pagina

Surinaamse Macaroni met Kip. 4 Pers

400 g macaroni (schelpjes of elleboogjes, wat je vibe is)  

500 g kipdijfilet, in blokjes (dij is sappiger dan borst, trust me)  

1 grote ui, fijngesneden  

3 teentjes knoflook, gehakt  

1 madam Jeanette peper, fijngehakt (pas op, deze bijt – handschoenen aan!)  

1 rode paprika, in reepjes  

1 handje taugé, gewassen  

2 eetlepels tomatenpuree  

2 eetlepels ketjap manis (zoete soja is de sleutel)  

1 eetlepel Faja Lobi bami-trafasie (of je eigen mix van kerrie, komijn en piment)  

1 kipbouillonblokje, verkruimeld  

2 stengels selderij, fijngesneden (voor die frisse Surinaamse touch)  

3 eetlepels zonnebloemolie  

Zout en peper, naar smaak

Voor de extra flex (saus en topping):  

2 eetlepels pindakaas (ja, echt – voor die romige diepte)  

1 theelepel trassi (gefermenteerde garnalenpasta, klein beetje maar, het knalt!)  

1 eetlepel bruine suiker  

100 ml kokosmelk  

Zuurgoed: dunne plakjes komkommer in azijn met een snuf suiker en sambal  

Gebakken uitjes, voor de crunch




Hoe je het fikst

Stap 1: Basis leggen  

Kook de macaroni beetgaar volgens het pak, giet af en zet apart. Spoel niet af, we willen die starch houden voor later.

Stap 2: Kip marineren  

Meng de kipblokjes met 1 eetlepel ketjap, een snuf zout en een draai peper. Laat 15 minuten staan terwijl je de rest prept – geeft die smaak tijd om in te trekken.

Stap 3: Aroma’s loslaten  

Verhit de olie in een wok of grote pan op medium vuur. Gooi de ui, knoflook en madam Jeanette erin – fruit tot het huis ruikt als een Surinaamse markt (3-4 minuten).  

Voeg de kip toe en bak tot die goudbruin en bijna gaar is, een minuut of 5. Blijf roeren, laat het niet aanbakken.

Stap 4: Smaak opbouwen  

Gooi de paprika en taugé erin, roerbak 2 minuten. Dan tomatenpuree, bami-trafasie, trassi en het bouillonblokje erbij – schep alles goed om tot het één geurige massa is.  

Giet de kokosmelk erbij, voeg pindakaas en bruine suiker toe. Roer tot het een gladde, licht dikke saus wordt. Proef en tweak met zout of extra ketjap als je dat nodig vindt.

Stap 5: Macaroni droppen  

Kieper de macaroni in de pan, schep alles goed door zodat die pasta elke druppel saus opzuigt. Laat het 3-5 minuten pruttelen op laag vuur, strooi de selderij erover en meng nog een keer.

Stap 6: Serveren met swagger  

Schep die dampende macaroni op borden, top af met een handje gebakken uitjes en een paar lepels zuurgoed ernaast. Wil je echt flexen? Gooi er een gekookt eitje bij, in partjes gesneden.

Pro-tips van de Surinaamse chefs

Kip: Dijfilet is de move, want het blijft juicy. Borst kan, maar droogt sneller uit.  

Nog garnalen liggen? Doen!

Pinda-twist: Die pindakaas met kokosmelk is een knipoog naar pinda bravoe, maar dan next level in deze macaroni.  

Madam Jeanette: Halveer de peper als je niet tegen de hitte kan, maar echte Surinamers gaan all-in.  

Zuurgoed: Maak het zelf met 3 eetlepels azijn, 1 eetlepel suiker en een theelepel sambal – laat de komkommer 10 minuten marineren.  

Serveer: Met een koud glas Fernandes kers of markoesasap voor die echte Surinaamse vibe.

Dit is Surinaamse macaroni met kip zoals de grootmeesters het zouden aanpakken – vol smaak, een beetje pit en een dikke dosis liefde. Eet smakelijk, mi boi!

Print pagina

Kippenvleugeltjes Met Rijstenwijn.

2 eetl. zoete sojasaus

2 eetl. aromat

1 ¼  dl rijstwijn

2  tenen knoflook

600 g kippenvleugeltjes

2 eetl. zonnebloemolie

10 dunne plakjes gemberwortel

zout en peper

Garnering:

korianderblaadjes, sesamzaadjes,

2 rode chilipepers, in reepjes gesneden



Bereiding.

  1. Vermeng de sojasaus met de aromat, geperste knoflook en rijstwijn. Laat hierin de vleugeltjes 30 minuten marineren en daarna uitlekken.
  2. Verhit de olie in een braadpan, voeg de vleugels toe en bak ze goudbruin. Voeg zoveel water toe dat ze onderstaan en leg de verse gember ertussen.
  1. Breng aan de kook, temper het vuur en laat de vleugels 30 minuten zachtjes stoven. Breng met zout en gemalen peper op smaak. Serveer ze op een schaal en bestrooi nog met blaadjes koriander, sesamzaadjes en chilipeper.

 

Print pagina

Thaise Macaroni 4 personen

400 g macaroni

zout

400 g gepelde grote garnalen (scampi)

4 lente-uitjes

3 uien, fijngehakt

2 eetl. zonnebloemolie

2 tomaten in blokjes gesneden

3 eetl. tomatenpuree

2 eetl. aromat

2 teentjes knoflook

2 eetl. sojasaus

1 theel H&J’s sambal

geraspte kaas en gesneden koriander of bieslook, naar wens



Bereiding.

  1. Kook de macaroni in 6 tot 8 minuten beetgaar in kokend, gezouten water, laat uitlekken. Snijd de garnalen op de rug in, zodat ze platter worden. Snijd de lente-uitjes in stukjes van 2,5 cm.
  1. Bak de uien goudgeel in de olie. Voeg de tomaat, tomatenpuree, aromat, fijn gehakte knoflook en sojasaus toe en roer alles goed om. Dek de pan af en laat het mengsel 2 minuten pruttelen.
  1. Voeg de garnalen toe en roerbak 2 minuten. Schep het garnalenmengsel en de lente-uitjes door de uitgelekte macaroni en breng op smaak met peper. Serveer het warm en bestrooi naar wens met geraspte kaas, afgarneren met koriander of bieslook.

         Rad Na Nua Sab

Print pagina

Ajam Paniki. 4 personen

700 g kipdijfilet (of drumsticks)
250 ml kokosmelk
4 sjalotten
4 tenen knoflook
2 theelepels h&j’s sambal
1 stengel sereh
3 salam bladeren (Indisch laurier)
1,5 el limoensap
2 tl gula djawa (of bruine suiker)
2 tl djahé
1 tl laos



Bereiding.

  • Snijd 700 gr kipdijfilet in hapklare stukjes. Voeg een flinke scheut zout toe en meng goed door elkaar.
  • Bak de kipdijen op middelhoog vuur enkele minuten in een scheut olie tot ze rondom wit zijn. De kip hoeft nog niet gaar te worden.
  • Maak ondertussen de boemboe met gebruik van (de kom van) de staafmixer of keukenmachine. Mix 3 sjalotten, 4 tenen knoflook, sambal , 2 tl djahé, 1 tl laos en 2 tl gula djawa. Mix tot een gladde pasta.
  • Voeg de boemboe toe bij de kip en roer goed door elkaar. Voeg het sap van een halve limoen toe (1,5 el).
  • Voeg 250 ml dikke kokosmelk toe met een stengel sereh en 3 salam bladeren.
  • Laat het geheel nu 30 minuten met deksel op de pan sudderen. Haal na 30 minuten de deksel van de pan en laat nog zo’n 15 minuten zonder deksel indikken. Selemat makan

Print pagina