– 1 prei (wit en lichtgroen deel), in dunne ringetjes
– 1 kleine aardappel (zo’n 150 g), in blokjes
– 2 knoflookteentjes, fijngehakt
– 1 pastinaak, in blokjes (geeft die sneaky zoetigheid)
– 750 ml kippenbouillon (homemade als je luxe wil)
– 250 ml droge witte wijn (Sauvignon Blanc, trust me)
– 200 ml slagroom (geen light onzin)
– 2 eetlepels Dijonmosterd (scherp, geen slappe hap)
– 1 eetlepel grove mosterd (voor die crunchy vibe)
– 1 theelepel honing (keeps it smooth)
– Zout en versgemalen witte peper
– 1 laurierblad
– 2 takjes verse tijm
Voor de flex-garnering:
– 50 g gerookte eendenborst, dun gesneden (of krokante pancetta als je dat meer voelt)
– 1 eetlepel crème fraîche, beetje losgeklopt met een drup citroensap
– Handje microgroenten (kervel of waterkers, stay fresh)
– Snufje gerookt paprikapoeder (voor die rokerige touch)
– Paar druppels truffelolie (als je extra wil stunten)
Bereiding.
**Hoe je het fikst**
1. Base droppen:
– Smelt die boter in een pan op laag vuur. Gooi de ui, prei en knoflook erin. Laat ze 8-10 minuten zweten tot ze zacht zijn, maar geen bruine randjes. Keep it clean.
2. **Groenten en smaak erin knallen:**
– Mik de aardappel, pastinaak, laurierblad en tijm erbij. Giet de witte wijn in en laat 3-4 minuten inkoken. Alcohol eruit, smaak erin.
– Kippenbouillon erbij, aan de kook, en dan 15-20 minuten op laag vuur laten sudderen tot de groenten soft zijn.
3. **Maak het creamy en pittig:**
– Haal laurier en tijm eruit. Pak je staafmixer en blend die soep tot hij zijdezacht is.
– Roer de slagroom, Dijonmosterd, grove mosterd en honing erdoor. Warm op, maar niet laten koken, anders gaat de room naar de kloten. Proef, zout en witte peper naar smaak.
4. **Serveer met swagger:**
– Schep in verwarmde kommen. Drop een fancy quenelle crème fraîche met citroen in het midden.
– Leg wat plakjes eendenborst of pancetta erop voor die crispy bite.
– Top af met microgroenten, een snuf gerookt paprikapoeder en een paar druppels truffelolie als je wil flexen.
**Pro-tip**
Slinger er vers stokbrood bij en een glas ijskoude Chablis. Die pittige mosterd met die romige vibe en rokerige accenten? Absolute knaller.
**Waarom dit dope is**
– **Pastinaak**: Geeft een sneaky zoete twist die de mosterd temt.
– **Eendenborst**: Pure luxe, maakt je soep een banger.
– **Dubbele mosterd**: Dijon voor de kick, grove voor de texture.
—
Wil je dit vegetarisch maken of een andere twist? Laat het me weten! #FoodieVibes
**Bereidingstijd**: 50 minuten (of een godvergeten eeuw als je mes-skills zo kudt zijn als je datingprofiel)
**Porties**: 4 (of 1 als je eet alsof je net uit een zombie-apocalyps komt)
**Moeilijkheidsgraad**: Gemiddeld, maar als je een ei kunt bakken zonder de brandweer te bellen, ben je al een eind.
Ingrediënten: (koop fatsoenlijk spul, geen Aldi-onzin)
**Voor de ragout:**
400 g witvisfilet (kabeljauw, schelvis, of zeeduivel als je ballen hebt om wat uit te geven)
– Verse gemengde paddenstoelen (oesterzwammen, shiitake, cantharellen – als je die zompige blikchampignons pakt, spreken we elkaar nooit meer)
– 1 kleine prei, alleen het witte deel, fijngehakt (de rest gooi je in je hippe compostbak voor je Insta-story)
– 1 sjalot, fijngehakt (ui is voor boomers, oké?)
– 1 teentje knoflook, fijngehakt (of 4 als je je date wilt laten vluchten)
– 30 g boter (voor de roux, margarine is een misdaad tegen de mensheid)
– 30 g bloem (weeg het, gokken is voor wannabe’s)
– 100 ml droge witte wijn (Sauvignon Blanc, geen zure pis van €3)
– 250 ml visfond (zelfgemaakt of iets dat niet naar een visstickfabriek smaakt)
– 100 ml slagroom (light room is voor mensen die plezier haten)
– 1 el crème fraîche (voor die *fancy as fuck*-vibes)
– 1 tl Dijonmosterd (de echte, geen gele McDonald’s-shit)
– 1 el vers gehakte dragon (gedroogde kruiden? Ga terug naar de jaren ‘90)
– 1 el vers gehakte peterselie (voor die *chef’s kiss*-look)
– Sap van een halve citroen (vers, geen plastic flesje, jij luie donder)
– Zout en witte peper (zwart mag ook, ik ben niet je moeder)
– 1 el extra boter (voor de paddenstoelen, want boter is je beste vriend)
**Voor de garnering (want het oog wil ook wat, duh)
– 1 el fijngehakte bieslook (voor die hippe groene spikkels)
– Een paar druppels truffelolie (optioneel, maar je voelt je instant een baller)
– Flinterdunne plakjes rauwe champignon (voor de *crunch*, niet omdat je ineens gezond doet)
Bereiding.
(hou je vast, dit wordt een wilde rit)
1. **Prep als een baas**
– Snijd je witvis in stukken van 3 cm, dep droog en kruid met zout en witte peper. Als je vis ruikt naar een verdachte haven, gooi je hem terug naar Poseidon.
– Maak je paddenstoelen schoon met een borsteltje. Wassen? Wat is dit amateur? Snijd grote paddenstoelen in plakken, laat kleine heel voor die textuur-bravoure.
2. **Roux: de ruggengraat van je culinaire ego**
– Smelt 30 g boter in een pan op laag vuur. Gooi de bloem erin en roer alsof je een Grammy-winnende DJ bent, 2-3 minuten lang. Je wilt een lichte roux, geen verbrande derrie. Dit is haute cuisine, geen frikandellensaus.
– Giet langzaam de visfond erbij, terwijl je roert als een bezetene om klontjes te vermijden. Laat indikken tot een gladde, pornografisch lekkere saus (ca. 5 minuten). Klontjes? Begin opnieuw, lampie.
3. **Paddenstoelen en aromaten: de smaakknaller**
– Smelt 1 el boter in een andere pan. Fruit de prei, sjalot en knoflook tot ze zacht zijn (3 minuten). Laat ze niet aanbranden, tenzij je tranen als bijgerecht wilt.
– Gooi de paddenstoelen erin en bak ze 4-5 minuten tot ze goudbruin zijn en hun vocht eruit is. Blus af met witte wijn en laat inkoken tot je keuken ruikt als een chique wijnbar waar je normaal geweigerd wordt.
– Flikker dit mengsel in je roux-saus. Voel je je al een chef? Dacht ik al.
4. **Saus pimpen: tijd voor de glow-up**
– Roer de slagroom en Dijonmosterd erdoor. Laat 5 minuten pruttelen tot het dik en romig is, alsof het klaar is voor z’n close-up. Voeg crème fraîche toe voor die *f*ck yeah*-factor.
– Breng op smaak met zout, witte peper en een scheutje citroensap. Proef. Flauw? Dat’s jouw schuld, fix it.
5. **Vis erin, maar doe rustig aan**
– Leg de witvis voorzichtig in de saus. Dek af en laat 4-6 minuten stoven op laag vuur. De vis moet net gaar zijn, niet uit elkaar vallen als je bankrekening na een weekend stappen.
– Roer dragon en peterselie erdoor voor die kruidige *vive la France*-swag.
6. **Presentatie: laat je haters huilen**
– Schep de ragout in bladerdeegpasteitjes of op een bord met puree. Garneer met bieslook, een paar druppels truffelolie (als je je innerlijke miljonair wilt channelen) en rauwe champignonplakjes voor de *crunch*.
– Maak een foto, gooi hem op X, en tag @DimitriVistick. Als je het verknalt, stuur ik je een DM met een *facepalm*-emoji.
**Dimitri’s tips**
**Roux-regel**: Roer die roux alsof je een ex uit je leven wist. Klontjes zijn de duivel, en jij bent de exorcist.
**Paddenstoelen**: Gebruik verse paddenstoelen, geen zompige troep uit een potje. Wil je koken als een pro of als een magnetronmaaltijd-fan?
**Visfond**: Maak het zelf of koop iets dat niet smaakt naar een visfabriek. Een goeie fond is de ruggengraat van deze ragout, anders is het net soep uit een pakje.
**Serveersuggestie**
Gooi deze ragout in knapperige bladerdeegpasteitjes voor die *ooh la la*-vibes, of schep het op een berg boterige aardappelpuree waar je aderen van gaan schreeuwen. Combineer met een frisse rucola-venkelsalade (klinkt gezond, is het niet) en een glas gekoelde Sauvignon Blanc (of wodka, als je het echt wilt aanpakken). Nodig je vrienden uit en kijk hoe ze proberen te doen alsof ze dit thuis ook kunnen flikken.
**Waarom dit recept de sh*t is**:
Deze roux-gebaseerde ragout is zo godvergeten smooth dat je vergeet dat je ooit magnetronmaaltijden at. De witvis is subtiel, de paddenstoelen geven aardse ballen, en de dragon en truffelolie maken het af met een *f*ck it, ik ben fancy*-vibe. Je buren zullen jaloers zijn, je ex zal je terug willen, en je maag zal je een standbeeld geven.
Eet smakelijk, of zoals ik zeg: *Bon appétit, badasses!
– 1 kg vastkokende aardappelen (koop iets fatsoenlijks, niet die zielige knollen uit je voorraadkast)
– 150 g pancetta of gerookt spek (want je hebt je umami nodig om je bestaan te rechtvaardigen)
– 2 lente-uien, dun gesneden, want snijden is het enige plezier dat je vandaag krijgt
– 1 kleine rode ui, fijngehakt – huil maar niet, het is maar een ui
– 2 stengels bleekselderij, in kleine blokjes voor die crunch waar je zogenaamd om geeft
– 50 g augurken, fijngehakt, voor een zuur accentje dat je hip vindt
– 2 eetlepels kappertjes, afgespoeld en grofgehakt, want we doen chic
– 15 g verse dille, fijngehakt, om te doen alsof je gezond eet
– 15 g platte peterselie, fijngehakt, want meer groen maakt je een beter mens
– 50 g rucola, voor die zogenaamd verfijnde peperige toets
**Voor de dressing:**
– 100 ml mayonaise (zelfgemaakt als je een culinaire snob bent, anders een goeie die niet smaakt naar karton)
– 2 eetlepels Griekse yoghurt, want alleen mayonaise is een misdaad
– 1 eetlepel Dijon mosterd, voor die scherpe nasmaak waar je niet om vroeg
– 1 eetlepel grove mosterd, want één mosterdsoort is niet pretentieus genoeg
– 2 eetlepels witte wijn azijn, om te doen alsof je een sommelier bent
– 1 eetlepel citroensap, want frisheid is nu ineens je persoonlijkheid
– 1 teentje knoflook, fijngehakt, zodat je adem de sfeer verpest
– 3 eetlepels extra vierge olijfolie, omdat je zwemt in geld
– 1 theelepel honing, om je chaotische leven in balans te brengen
– Zout en versgemalen zwarte peper, om je onvermijdelijke kruid fouten te maskeren
**Garnituur, voor als je indruk wilt maken:**
– 2 hardgekookte eieren, grofgehakt, want retro is cool
– Gerookte paprika, voor die “ik weet wat ik doe” uitstraling
– Geroosterde amandelen, grofgehakt, want noten in een salade schreeuwen “ik ben cultured”
Bereiding.
Hoe Je Dit Niet Verknalt
1. **Aardappelen, de diva’s van de schaal**
Schil de aardappelen als je tijd te veel hebt, of laat zitten – niemand boeit het. Snijd in blokjes van 2-3 cm. Kook in gezouten water tot ze net gaar zijn (10-12 minuten, niet langer, amateur). Giet af, laat ze stomen in een vergiet alsof ze in een wellness zitten en laat afkoelen tot lauwwarm, zodat de dressing niet wegloopt.
2. **Spek, want vlees maakt alles beter**
Bak de pancetta of het spek krokant in een droge pan. Laat uitlekken op keukenpapier, hak in stukjes en bewaar 1 eetlepel vet voor de dressing. Gefeliciteerd, je bent nu officieel een kok.
3. **Dressing, het enige dat deze salade redt**
Klop in een kom de mayonaise, yoghurt, beide mosterdsoorten, azijn, citroensap, knoflook, honing en het spekvet tot een glad mengsel. Druppel de olijfolie er langzaam bij terwijl je klopt, want je bent duidelijk een perfectionist. Breng op smaak met zout en peper, maar verknal het niet.
4. **Meng het, maar niet te enthousiast**
Gooi de lauwwarme aardappelen, rode ui, bleekselderij, augurken, kappertjes, lente-ui, dille en peterselie in een grote kom. Schep de dressing erdoor, maar voorzichtig, tenzij je aardappelpuree wilt serveren. Voeg rucola en spek op het laatst toe, zodat je greens er niet als een natte krant uitzien.
5. **Presenteer het alsof je erom geeft**
Schep het op een schaal die je gasten laat denken dat je moeite hebt gedaan. Strooi de eieren, een snufje gerookte paprika en de amandelen erover voor dat extra stukje arrogantie. Eet meteen of zet een uur in de koelkast als je een van die “smaken moeten intrekken” types bent.
—
Dimitri’s Wijsheden, Want Jij Hebt Ze Nodig
– Lauwwarme aardappelen zuigen de dressing op als jouw ego lof, maar als je ze te lang kookt, eet je lijm.
– Proef de dressing. Als hij saai is, is dat jouw schuld – fix het met zout of zuur.
– Rucola en amandelen zijn niet alleen decoratie; ze maken je salade minder sneu.
—
Hoe Je Ermee Pronkt
– Serveer naast gegrilde vis, kip of een steak die je waarschijnlijk hebt verpest.
– Geschikt voor een picknick of barbecue, want het is beter dan die troep uit de supermarkt die je vrienden meenemen.
– Schenk er een Sauvignon Blanc bij als je wilt doen alsof je iets van wijn weet.
—
Dit is geen salade, dit is je kans om je vrienden te laten zien wie de baas is in de keuken. Maak het, eet het, en doe alsof het je niets kan schelen.
Pasta: 400 g penne rigate (De Cecco, want we doen niet aan budgetvibes, nu dan)
Vodka: 100 ml van die premium sh*t (Grey Goose of Beluga, geen wodka van de pomp)
Tomatensaus:
400 g San Marzano-tomaten (uit blik, gepureerd, want deze boys zijn top)
1 mini-wortel, fijngeraspt (voor die sneaky zoetigheid
1 kleine witte ui, gehakt als een pro
2 knoflookteentjes, licht geplet (fuck off Nosferatu)
Roomgame:
150 ml zware room (full fat, anders ben je af)
50 g mascarpone (voor die silky Bottura-drip)
Kaas: 60 g Parmigiano Reggiano (24 maanden, vers geraspt) + extra om stoer te doen
Kruiden & spice:
1 tl oregano (droog, maar met attitude)
Snufje gerookte paprika (geeft die rokerige glow)
Handje verse basilicum (scheur die blaadjes, geen geknip)
1 kleine rode chili, fijngehakt (of ½ tl chilivlokken, als je ballen hebt)
Extra’s:
2 el olijfolie (extra vierge, duh)
50 g pancetta, in blokjes (optioneel, voor die umami-punch)
Zout & verse peper (grind it like you mean it)
1 tl suiker (als je tomaten een zure bui hebben)
Bereiding.
Zet een dikke pan zout water op (1 el zout per liter, geen half werk). Kook de penne 1 min korter dan al dente (9-10 min). Bewaar 200 ml van dat starchy pastawater (dat is je geheime wapen) en giet af.
Sausgame on point:
Hit die pan op met olijfolie, medium vuur. Gooi pancetta erin (als je die gebruikt) en bak 3-4 min tot crispy. Haal eruit, laat chillen.
Smijt ui en geraspte wortel in de pan. Fruit 5-6 min low & slow tot zacht (geen bruine randjes, we houden het classy). Knoflook erbij, 1 min meebakken.
Drop oregano en een snuf gerookte paprika. Roer 30 sec, laat die geuren je huis overnemen.
Vodka-time (de main act):
Giet die 100 ml vodka erin, laat 1-2 min pruttelen tot de alcoholsnuf weg is. Die vodka maakt je tomaten bronstig.
Gooi de San Marzano’s erbij, roer, breng aan de kook en laat 10 min sudderen op laag vuur. Proef: te zuur? Drop een snuf suiker. Zout & peper naar smaak.
Creamy afwerking:
Haal knoflook eruit (die heeft z’n werk gedaan). Roer room en mascarpone erdoor voor een saus zo glad als je beste pick-up line. Laat 3-4 min inkoken.
Smijt die chili erin voor een spicy edge. Proef, tweak, own it.
Pasta in de spotlights:
Gooi de penne in de saus. Mix als een DJ en giet beetje bij beetje 100-150 ml pastawater erbij. Dat zetmeel maakt je saus next-level sexy.
Roer Parmigiano erdoor tot het glanst als een hondenpik in de maneschijn. Pancetta en gescheurde basilicum erin, klaar voor de finale.
Serveer met swagger:
Schep op warme borden, flex met extra Parmigiano, een draai peper en een drizzle olijfolie voor die chef-vibes.
Pak een glas ijskoude Soave of Pinot Grigio erbij en je bent de ster van de avond.
Pro-tips van je boy Dimi
Ingrediënten zijn key: Goedkope vodka of tomaten? Nah lampie, dat is een misdaad. Investeer in kwaliteit.
Mascarpone is de plug: Geeft die saus een luxe vibe, maar overdrijf niet, balans is alles.
Extra flex: Druppel wat balsamico-glazuur voor een zoet-zure Bottura-twist. Gaat viral in je mond.
Waarom dit recept straight fire is
Wortel en slow-cooking voor die diepe, zoete tomatensaus.
Perfecte balans in smaken en die pastawater-truc voor een glossy finish.
Mascarpone en gerookte paprika maken dit een kunstwerk op je bord.
Joe, wil je een vegan remix, een wijnpairing die je sokken uitblaast, of een stap uitgelegd alsof je een rookie bent? Slide in mijn DM’s. Let’s keep it saucy! #DimitriVistick #PenneAllaVodka #ChefMode
Gooi die varkensbuik met zwoerd naar beneden op je aanrecht. Snij de binnenkant in ruitjes, niet te diep, anders verkloot je het. Smeer het zwoerd in met azijn en dump er grof zout op. Laat dat 20 minuten staan terwijl jij de rest regelt.
Vulling Maken:
Flikker alles – knoflook, venkelzaad, peper, chili, sinaasappelschil, kruiden, zout, olie en pancetta – in een bak. Roer tot het een dikke, geile pasta is. Smeer dat spul over de binnenkant van je varken, ram het erin, geen half werk.
Oprollen Als Een Baas:
Rol die buik strak op, begin aan de kant zonder zwoerd. Bind hem vast met touw, elke 2-3 cm, alsof je een rollade maakt. Strak, anders wordt het een slappe hap.
Oven Aan, Beest Erin:
Oven op 220°C, beuken maar. Zet je porchetta op een rooster boven een braadslee – vet moet kunnen druipen, dat is goud. Half uur knallen voor dat krokante zwoerd, dan terug naar 150°C en 4-5 uur laten sudderen. Check met een thermometer: 70°C in de kern, anders ben je nog niet klaar. Laatste 15 minuten 250°C voor een zwoerd waar je tanden op breken.
Rust, Snij, Eet:
Laat dat ding 20-30 minuten chillen onder folie. Snij dun als je een hippe jongen bent, of dik als je honger hebt. Klaar.
Saus (Voor De Show-offs):
Giet het vet uit de braadslee in een pannetje. Wijn, honing en sinaasappelsap erin, laat het inkoken tot het glanst. Serveer apart, als je durft.
Hoe Eet Je Dit?
Met aardappels uit de oven, gebakken in dat porchetta-vet, en een berg rucola met sinaasappel en Parmezaan. Glas Chianti erbij, anders ben je geen vent.
Waarom Dit De Shit Is
Sinaasappel en honing maken het next level, pancetta geeft ballen aan de smaak, en dat azijn-zwoerd is gewoon porno. Ga dit maken, of blijf een amateur. Ciao, motherfucker.
80 g bruine basterdsuiker – zoet als Myron’s kampioenssaus
2 eetlepels melasse – donker, diep, dikke shit
1 eetlepel gerookte paprikapoeder – rook zonder dat je een vuurtje hoeft te stoken
1 theelepel chipotlepoeder – pit met een rokerige middelvinger
2 theelepels mosterdpoeder – Southern vibe, baby
1 eetlepel Worcestershire-saus – umami-bommetje
1 theelepel gemalen komijn – sneaky aardse move
2 knoflookteentjes, fijngehakt – geen vampiers hier
1 kleine ui, fijngesnipperd – basisregels, mensen
50 ml bourbon – want we zijn geen amateurs
1 eetlepel honing – zoetheid met ballen
Zout en zwarte peper – zoveel als je durft
Optioneel: 1 theelepel versgeraspte gember – voor de fuckers die extra willen
Bereiding.
Gooi een scheut olie in een pannetje, medium vuurtje. Ui en knoflook erin, laat ze zweten tot ze geuren als een BBQ-droom (3-4 minuten).
Booze erin: Splash die bourbon erbij, laat het 1-2 minuten inkoken. Ruikt als een feestje, smaakt nog beter.
De basis droppen: Ketchup, azijn, koffie, bruine suiker, melasse en Worcestershire-saus erin mikken. Roeren alsof je leven ervan afhangt.
Kruiden knallen: Paprika, chipotle, mosterdpoeder, komijn, honing en die gember (als je ballen hebt) erbij. Zout en peper naar smaak, niet kinderachtig doen.
Pruttelen maar: Aan de kook, dan vuur laag en 20 minuten laten sudderen. Af en toe roeren, anders verkloot je het. Moet indikken tot een dikke, sexy saus.
Checken en fixen: Proeven, beetje zout, peper of suiker erbij als je innerlijke chef het zegt. Wil je glad? Staafmixer erdoor. Ruig mag ook, BBQ is geen balzaal.
Klaar voor actie: Koel af, potje in, koelkast in (2 weken goed). Warm op voor je vlees of dip ermee tot je erbij neervalt.
Dimitri’s pro-tips:
Kwast dit spul de laatste 10 minuten op je ribs of brisket, glaze van de goden.
Ga los op gerookt vlees, dit is geen saus voor slappe hap.
Dit is geen doorsnee BBQ-saus, dit is een smaakexplosie met een middelvinger naar middelmatigheid. Koffie en bourbon maken het gek, de rest houdt het echt. Vreet smakelijk popjes!
Handje tijm en rozemarijn – vers, anders ben je af
1 eetlepel zwarte peperkorrels – pit is alles.
Stoofgedeelte (de main act):
150 g spekblokjes – gerookt, want smaak is king
2 eetlepels olijfolie – extra vierge, altijd
2 eetlepels boter – geen fake spul
2 uien, fijn gesnipperd
3 wortels, in dikke schijven – geen priegelwerk
2 stengels bleekselderij, klein gehakt – underrated groente
250 g champignons – in kwarten, lekker grof
2 eetlepels tomatenpuree – voor die diepte
500 ml runderbouillon – goed spul, geen blokjeszooi
Zout en peper – jij bent de baas
Roux (sausgame on point):
2 eetlepels boter
2 eetlepels bloem – smooth operator
Finishing touch:
200 g pareluien – klein maar krachtig
1 eetlepel boter
1 theelepel suiker – karamelvibes
Verse peterselie – gehakt, voor de mooi
Bereiding.
Stap 1: Marinade – geef het karakter
Snijd die runderwang in flinke blokken – 5 cm, geen kleine hapjes. Gooi het in een dikke kom met de wijn, cognac, uien, knoflook, laurier, tijm, rozemarijn en peperkorrels. Dek af en laat het 12 uur marineren in de koelkast – 24 uur als je echt wilt uitpakken. Roer af en toe, anders wordt het lui.
Stap 2: Vlees en groenten aanknallen
Haal het vlees eruit, dep droog – nat vlees bakt voor geen meter. Bewaar de marinade, dat is je smaakbom. Pak je stoofpan, vuur op medium, bak die spekblokjes krokant. Schep ze eruit, laat dat vet achter.
Olie en boter erin, vlees in porties aanbraden – hard gaan tot het bruin is, dat is je fundering. Vlees eruit, uien, wortels en bleekselderij erin. Laat ze zweten tot ze zacht zijn, 5-7 minuten. Champignons erbij, nog 3 minuten knallen. Tomatenpuree erdoor, even meebakken – ruikt nu al als winnen.
Stap 3: Stooftijd – low and slow
Vlees en spek en groenten terug in de pan. Giet de marinade en bouillon erbij, breng aan de kook. Vuur laag, deksel erop en laat het 2,5 tot 3 uur pruttelen. Het vlees moet uit elkaar vallen – zo niet, geef het meer liefde.
Stap 4: Roux – saus naar een ander level
Smelt boter in een pannetje, bloem erin, roeren tot het glad is. Gooi die roux in de stoofpot, roer goed door. Nog 10 minuten laten bubbelen, dan wordt het een dikke, glossy saus.
Stap 5: Pareluien – de flexfactor
Boter in een pan, pareluien erin met suiker. Bakken tot ze glanzen en karamelliseren – 10 minuten max. Mik ze in de pot, voorzichtig roeren.
Stap 6: Serveren als een pro
Proeven, zout en peper erop – jij bepaalt. Peterselie erover strooien voor de looks. Serveer met knolselderijpuree of aardappelgratin – fancy maar niet te moeilijk.
Dimitri’s vibe
Runderwang: Boterzacht en vol smaak, beter dan standaard stoofvlees.
Spekblokjes: Gerookt, want dat tilt alles op.
Groenten: Wortel, bleekselderij en champignons – geen kale boeuf, dit is een feest.
Cognac: Bocuse wist het, ik weet het.
Nu klopt het recept als een bus – groenten en spek zitten erin zoals het hoort. Ga het maken, en laat me weten hoe je het flikt!
200 g gemengde groenten (wortel, courgette, paprika – snij dun)
2 el balsamicoazijn (zoet-zuur goud)
1 el honing (sticky power)
1 el olijfolie (vet voor de win)
Snuf zout (doe maar stoer)
Voor de Parmezaan crunch:
50 g Parmezaan (geraspt, geen poederzooi)
Bereiding.
Kip marineren:
Smijt citroensap, olijfolie, knoflook, tijmblaadjes, zout en peper in een kom. Roer tot het klopt. Kipfilets erin gooien, goed insmeren, en 20 minuten laten zweten – dat zuur breekt ‘m af, tijm dropt karakter.
Sous vide game:
Zet je sous vide bad op 65°C – precisie of niks. Vacumeer die kip met de marinade (ziplock mag als je suf bent). Laat 1 uur garen. Resultaat? Kip zo juicy dat je broek ervan afzakt.
Groenten in de fik:
Pan op middelhoog vuur, 1 el olijfolie erin. Groenten toevoegen, 5 minuten bakken. Balsamico, honing en zout erover knallen – laat sudderen tot het glanst en de saus je bord sloopt.
Parmezaan crunch fixen:
Oven op 200°C. Hoopjes Parmezaan op bakpapier droppen, 5-7 minuten bakken tot goud en crispy. Afkoelen, dan heb je pure umami-knallers.
Salade en dressing:
Rucola, spinazie, cherrytomaten en Parmezaan in een kom mieteren. Olijfolie, balsamico, mosterd en honing opkloppen tot een dikke dressing. Over de salade heen smijten en licht husselen.
Op je bord knallen:
Kip uit het bad vissen, droogdeppen. In plakken snijden. Salade op je bord, kip erbovenop, geglazuurde groenten ernaast, en die Parmezaan crunch als finishing move.
Waarom dit beukt:
Sous vide: Kip blijft mals, molecuul voor molecuul on point.
Balsamico-glazuur: Zoet-zuur karameliseert die groenten, vet van de kip matcht perfect.
Parmezaan crunch: Umami en textuur die je niet ziet aankomen. Een gerecht dat je sloopt van genot. Eet dit en je bent de king. Nog wat nodig? Hit me up!