Gado Gado. 6 personen.

1 kleine bloemkool
½ witte kool
2 grote aardappelen, vastkokend
300 gram sperziebonen
zout
200 gram verse taugé
1 kleine komkommer
6 hardgekookte eieren

Voor de pindasaus:
3 sjalotten
4 teentjes knoflook
250 g geroosterde pinda’s, ontvliesd
6 eetl. ketjap manis (zoete
sojasaus)
sap van 2 citroenen
1 theel. sambal oelek
3 theel. palmsuiker
3 eetl. arachideolie
2 dl kokosmelk (blik/pak), ongezoet



Bereiding

1. Maak de bloemkool schoon, verwijder de stronken en verdeel de kool in roosjes. Was de witte kool en dep haar droog. Halveer de kool. verwijder de stronk en harde nerven en snijd de bladeren in circa 1 cm dunne reepjes. Schil de aardappelen, was ze en snijd ze in dunne schijven. Was de boontjes, haal ze af en snijd ze schuin in circa 4cm lange stukjes.
2 Breng twee pannen met ruim, iets gezouten water aan de kook. Doe de bloemkool in de ene pan, breng aan de kook en laat afgedekt op matig vuur in circa 10 minuten beetgaar worden.
3 Doe de aardappel in het kokende, licht gezouten water in de andere pan en laat afgedekt op matig vuur 8 minuten zacht koken. Voeg de bonen toe en laat ze in nog ongeveer 8 minuten beetgaar worden.
4 Schep de bloemkool met een schuimspaan uit het kooknat. Kook de witte kool circa 4 minuten op hoog vuur in het bloemkool water en neem dan eruit. Overgiet de taugé met heet water en laat daarna in een zeef uitlekken.

5. Giet de overige, beetgaar gekookte groenten in een vergiet.

6. voor de pindasaus zie het recept sateh.

Print pagina